A Different Tune – welkom op onze site!

Wat een heerlijk feest was Jaxxtival!

Het is nog vakantie, maar wij zijn al vol in de voorbereidingen voor het komend schooljaar! Tussendoor maken we zelf nog wat muziek, zoals je in bovenstaand filmpje kunt zien – je wil tenslotte wel les van docenten die zelf ook op het podium staan, toch?

Meld je aan bij Sebas – sebashoning@gmail.com – als je gitaarles, songwriting, basgitaar, arrangeren et cetera wenst en als je je songs op wil nemen/in wil zingen. Meld je aan bij Petra – petrahoning@gmail.com – als je zangles, coaching, of begeleiding bij je muzikale faalangst wenst.

Belangrijk!!!!

Het leven wordt duurder en duurder en muziekles is niet voor iedereen vanzelfsprekend. Gelukkig vindt Gemeente Roosendaal dat zowel kinderen als volwassenen muziekles moeten kunnen volgen. Hier is dus geld voor, waar je aanspraak op kunt maken!

Jeugdfonds sport en cultuur -> voor een financiële bijdrage voor kinderen.
Volwassenenfonds sport en cultuur -> voor een financiële bijdrage voor volwassenen.
Stichting leergeld -> voor een financiële bijdrage voor kinderen – ook voor bijvoorbeeld schoolspullen, schoolreisje, een fiets om naar school te kunnen.
Stichting Paul -> speciaal voor sportende kinderen.

Vroeger liepen de subsidies via de instellingen, het geld is dus alleen verschoven. Vraag het aan, want ook jij mag hier van genieten!!

Hoe vet is dit! Onze samenwerking met Magic-O-Metal, waar iedereen die een podium verdient, er ook een krijgt! Onze eigen Elske de Maertelaere zingt hier de sterren van de hemel, Petra schreef de tekst en melodie naar een verhaal van Ruurd Woltring en Sebas komt royaal in beeld met zijn gitaarskills. We zijn zooooo trots! Sander Gommans, Nova en Daniel Huijben, Thijmen van der Meer, Jeroen Hendrix, Tom Peijnenburg en Laura ten Voorde spelen mee en in de Toneshed Recording Studio van Erwin Hermsen ontstond de prachtige clip!

 

 

Ben jezelf! Dat is wat we vooral willen dat gebeurt wanneer je bij ons op les komt! Natuurlijk horen bij bepaalde muziekstijlen bepaalde technieken. Die zijn zo uit te leggen en toe te passen. Als je graag musical zingt, hoort daar een bepaalde klank bij. Als je graag rockmuziek speelt, is een elektrische gitaar wellicht meer je ding dan een akoestische. Die dingen zijn te leren en de gitaar die bij je past is aan te schaffen.

De x-factor. Die zit in jou! In wie jij bent en wat het verhaal is dat JIJ wilt vertellen. Hoe je dat doet is ook aan jou. Wij zijn ervoor om zoveel mogelijk van jou tevoorschijn te laten komen. In een veilige setting. Met fijne lessen. En hulp wanneer je jezelf tegenkomt. Van gezonde spanning tot échte hardnekkige faalangst.

We maken veel gebruik van moderne middelen. In de zanglessen wordt heel veel aandacht besteed aan opnames, we hebben een aardig profi studio inmiddels. Er wordt veel aan songwriting gedaan, zoals je hierboven hebt kunnen horen!

Check ons vooral op youtube, socials, of spotify en kijk of wij je aanspreken. Hier vast een verzameling van wat we in onze gezamenlijke band Equisa doen:

Kijk ook even in de blogs, er staan regelmatig handige tips, interessante visies en soms ook gewoon leuke dingen in!

Hartelijke groet! Sebas en Petra Honing.

Mail je gitaarvragen naar Sebas: sebashoning@gmail.com of kijk even op zijn eigen website.

Mail je zangvragen naar Petra: petrahoning@gmail.com of kijk even op haar eigen website.

Inschrijfformulier en voorwaarden 2024-2025

De prachtige foto is gemaakt door Ad Akkermans.

Leren, leren, leren!

Ik krijg van ouders van leerlingen nog wel eens het volgende berichtje:

‘Junior heeft het heel erg druk met school, examens, moet leren, dus hij/zij kan niet naar muziekles komen.’

Leren. Hoe zit dat eigenlijk?

Als je iets gaat leren, wil je dat nieuwe informatie vanuit de buitenste, bewuste laag van je hersenen, doorstroomt naar de volgende laag, waar de zaken liggen opgeslagen die je wat langer wilt bewaren.

Herinneringen liggen op meerdere plekken in de hersenen opgeslagen. Als je het handig aanpakt, zet je al die plekjes in om zo snel mogelijk je informatie in je geheugen te zetten. Je gebruikt je neocortex voor de kennis, de droge stof. Je hippocampus voor de context (topografie leren gaat veel makkelijker als je al eens een ritje naar zo’n stad gemaakt hebt). Je amygdala voor het emotionele gedeelte (toen ik aan het conservatorium studeerde, onthield ik elk mooi muziekstuk, omdat het me raakte). Het striatum is voor het bewegingsgeheugen. (een liedje waar je op de basisschool een dansje op geleerd hebt, zul je helemaal nooit meer vergeten).

Hoe vollediger je leert, op vrije scholen omschrijven ze het mooi: ‘met hoofd, hart en handen’, hoe makkelijker je de informatie opzuigt.

Helaas is ons schoolsysteem – op de vrije- en alternatievere scholen na – daar helaas niet op gebouwd. We willen prestaties, meetbare prestaties. Ik kom in mijn praktijk regelmatig (laat dat even op je inwerken) pubers tegen die serieuze burnoutklachten hebben.

Met een vol hoofd, waarbij door de omgeving alleen maar nadruk gelegd wordt op het kennisgeheugen, kun je nauwelijks nieuwe informatie opnemen. Laat staan ruimte overhouden voor echt belangrijke zaken zoals gezonde grenzen leren voelen tussen jou en je omgeving. Je veilig en vrij voelen in het nemen van je eigen ruimte in het leven. Duidelijk leren voelen wat überhaupt je wensen in het leven zijn. En je vrij voelen in het uiten en najagen van die wensen.

In mijn beleving is dat kindermishandeling. We overschrijden chronisch de grenzen van onze kinderen, op een leeftijd waarop ze zelf nog niet bij machte zijn daar invloed op uit te oefenen. De jeugdzorg kan de aanvragen al een hele tijd niet aan. Want wat hebben we gedaan na de coronaperikelen? Niks. De doelen moeten gehaald worden, een jaar overdoen is falen. En over de hoeveelheid faalangstige kinderen en jongeren in mijn praktijk wil ik eigenlijk niet eens schrijven, want het is eerder regel dan uitzondering.

Waar zijn we ook alweer mee bezig? Wat willen we eigenlijk voor onze kinderen? Zijn wij – ouders – zo gedrild in het systeem van presteren en doordouwen tot we ver over onze grenzen zijn dat we niet meer voor onze kinderen op durven komen als het om school gaat? Iedereen kent meerdere mensen die ooit een burnout hadden. Dat vinden we normaal. Opkomen voor onze eigen ruimte en het aangeven van grenzen en wensen vinden we heel lastig en dus eigenlijk abnormaal. In mijn beleving heel gek, maar ja, ik ben dan ook artistiek 🙂

We hoeven er niet mee akkoord te gaan he? Dat kinderen geen tijd meer overhouden voor lanterfanten, een activiteit die zo ongelofelijk belangrijk is, omdat in die tijd de overweldigende stroom aan prikkels verwerkt en afgevoerd kan worden. Als we als ouders massaal briefjes mee gaan geven dat Junior het huiswerk niet af heeft, omdat het schofterig veel is, dan kan dat systeem niet blijven.

Dus. Lieve ouders. Van wie ik zonder enige twijfel aanneem dat jullie heel graag het beste voor jullie kinderen willen.

Denk even aan wat belangrijk is, voor je ontspanning weg maakt om ruimte te maken voor leren. Denk nog een keertje na en voel wat voor jou kwaliteit van leven betekent. Zeker in deze tijd waarin ‘normaal’ eigenlijk een vaag begrip is. Er verandert zooooo veel. Wij zijn met zijn allen verantwoordelijk voor de richting van deze veranderingen.

Hoe zou jouw kind in een ideale situatie zijn/functioneren/bewegen/zich voelen?

Wil je hulp bij faalangst, voel je dan vrij om contact met me op te nemen! Samen maken we overzichtelijk wat nodig is om de faalangst aan te pakken en met wat praktische tips kun je thuis al heel wat stress verminderen! petrahoning@gmail.com

Vind de juiste muziekdocent!

We merken het op drie momenten in het schooljaar: vlak voor de grote vakantie, net na de grote vakantie en na oud en nieuw. Mensen gaan op zoek naar muziekdocenten.

Muziekdocent is een vrij beroep, iedereen mag zich zo noemen. En er zijn er heeeeel erg veel. Je hoeft niet meer naar een muziekschool, want zeg nou zelf: die zijn er nauwelijks meer. Je gaat dus eigenlijk naar een ondernemer. Iemand die handig inspeelt op de markt.

Zang- en gitaarles zijn ongelofelijk populair. Wij krijgen heel veel mensen in onze praktijk die al les hebben gehad van de buurman, oom, jongen verderop in de straat die voor een tientje les gaf. Er zijn aardig wat goede zangeressen in deze omgeving, die ook maar zangles zijn gaan geven. Want: hoe moeilijk kan het zijn?

Echter: je merkt op een gegeven moment dat de vooruitgang wat te wensen laat. De stap om van docent te wisselen blijkt groot, want je wil iemand die je aardig vindt niet afvallen. En laat me duidelijk zijn: dit is geen waarde-oordeel over personen, maar over vakkennis! Want muziekles geven is een VAK! Waar je doorgaans zeker vijf jaar voor studeert. Een jaar vooropleiding, want je komt zo goed als nooit gelijk in het eerste jaar terecht. En dan nog vier jaar HBO-onderwijs, stages lopen. Didactische vakken volgen en zelf muziek maken onder begeleiding. Het is een pittige opleiding!

Dingen die je verkeerd aangeleerd krijgt zijn retemoeiljk om er weer uit te trainen! Mocht je dus nu voor de keus staan welke muziekdocent je gaat kiezen, dan zijn hier wat tips:

1: Neem proeflessen bij verschillende, goed opgeleide, docenten.

2: Ga niet automatisch voor de goedkoopste aanbieder. Opleidingen en bijscholingen zijn duur. Aanbieders die erg goedkoop zijn, moeten alarmbellen doen rinkelen. Een normaal tarief voor een half uur prive muziekles ligt rond de € 25,- Als je tenminste een fatsoenlijk opgeleide docent treft.

3: Heb vragen tijdens je proefles. Bedenk van tevoren wat je leervraag is, ofwel: als je in die proefles meteen leert wat je wil leren, wat zou je dan kunnen na dat half uur?

4: Ga voor het goede gevoel. Heb je al wat geleerd, ben je al wat wijzer geworden na je proefles? Heb je het idee dat je docent weet waar hij/zij het over heeft? Heeft jouw docent goed naar jou geluisterd en is hij/zij op jouw vraag in gegaan? En heel belangrijk: ging je blij naar buiten na de les?

Heb je vragen? Voel je vrij om te mailen naar Petra voor zangvragen: petrahoning@gmail.com en naar Sebas Honing voor (bas)gitaarvragen: sebashoning@gmail.com

We staan je graag te woord. Kom ook vooral meedoen met onze zomercursus om te kijken of onze aanpak bij je past! Klik hier voor meer info.!

Hartelijke groet! Sebas en Petra.

Verkouden! Wat nu!?

Zul je net zien – ik (Petra) in ieder geval wel. Drukke tijd, optredens, hooikoorts. En dan komt die ochtend. Je wordt wakker, je keel prikt. Je zegt wat en wat er dan klinkt geeft nul hoop. Je bent gewoon de sjaak. Het kraakt, het slijmt, het kriebelt en het prikt. Je hoofd zit vol snot en het laatste waar je zin in hebt is zingen. Maar ja. Dat optreden.

Laten we eens met wat simpele feiten beginnen.

Stembanden zijn geen plek waar virussen graag zijn. Het komt dus vaker voor dat de onderdelen van je strottenhoofd waar wel een viraal feestje gevierd wordt, alle zachte delen rond je stembanden zijn. Toegegeven. Het voelt echt niet fijn. Maar je stembanden kunnen nog prima functioneren.

Enige kennis van hoe het binnen in je strottenhoofd zit, is prettig. Als je het namelijk goed kunt visualiseren en kunt voelen, wordt dat verkouden zijn al een heel stuk minder erg. Als je zangles hebt, zou je van je docent geleerd moeten hebben hoe het voelt als je stembanden sluiten. Als je een goede zangdocent hebt, weet je hoe je dit bewust kunt gebruiken. Het is namelijk de absolute basis van je zang. Dus weet hoe het voelt om goed sluitende stembanden te hebben en hoe het voelt wanneer je wat lucht toevoegt aan je klank. Concentreer je op het goed sluiten van je stembanden bij verkoudheid!

Als het je lukt om een gesloten klank te maken, door je te concentreren op een goede sluiting van je stembanden, weet je zeker dat je stembanden gespaard zijn gebleven en dat je verkoudheid alleen op de zachte weefsels rondom je stembanden zitten. Kun je geen ‘schone’ klank maken. Plak je mond dan af met ducttape en wacht drie dagen. Stemrust is dan echt de enige remedie!

Met de mogelijkheid van een schone klank en goed sluitende stembanden kun je dus prima zingen. Het zal niet zo gemakkelijk voelen als wanneer je fit bent. Maar door toe te passen wat je weet van gezond stemgebruik, te weten: goede stembandsluiting, passende twang en een juiste luchtstroom met ademsteun doen je stembanden gewoon wat je van ze vraagt. Laat je niet afleiden door het nare gevoel rondom je stembanden.

Let op dat je je stembanden bedient zoals je zou doen als je fit zou zijn. Het enige dat nu anders is, is dat het naar voelt. Laat je in deze leiden door wat je WEET, niet wat je VOELT.

Het teveel aan slijm werk je weg door tien minuten onder een hete douche te doen alsof je een vliegtuigje bent: de liptril. Brrrrrrrrrrrrrrr, met je lippen op elkaar, van hoog naar laag en weer terug. Het trilt alles wat los moet komen los. Hoest op de klank ‘oe’, want dan komt je slijm het minst belastend voor je stembanden naar buiten. Onfris praatje, maar je kunt het maar weten 🙂

Pas op met menthol-producten. Menthol slinkt je slijmvliezen/droogt uit en daarop reageren je toch al overactieve slijmvliezen met meer slijm.

Succes en hopelijk is verkouden zijn wat minder vervelend!

Je moet meer PENG in je stem!

Je moet meer PENG in je stem.

Huh?

Ik hoorde dit bij mijn favoriete programma van het moment: Aria. Een soort Idols voor klassieke zangers en zangeressen. Heerlijk, even weer terug naar mijn conservatoriumgevoel, ik hou ervan.

Een van de zangers hangt een beetje onder de toon. Heel vals? Nee. Niet precies goed op de toon? Ja. Duidelijk.

Volgens Henk Poort, moest hij meer PENG in zijn stem. Of even naar de Albert Cuijp om eens goed te luisteren naar hoe marktkoopmannen geluid maken.

Het spijt me geweldig, maar als mijn zangdocent niet verder zou komen dan zulke tips, zou ik vertrekken. Dat mag ik zeggen na jarenlang zulke tips krijgen en niet verder komen. ‘Je moet je kieuwen gebruiken; je moet meer ruimte maken, je moet….’

Deze jongen moet niet meer PENG in zijn stem. Deze jongen moet leren welke posities van zijn strottenhoofd hij kan gebruiken voor het geluid dat hij kiest. Hij moet leren hoe hij zijn strotklepje kan gebruiken om de zeer noodzakelijke twang toe te passen, welke zijn toon zal opfrissen naar OP de noot, in plaats van er tegenaan. Zo kan hij met minder werken, meer zuiverheid en meer boventonen creeren, wat de grip op zijn volume ook nog eens versterkt.

Het kan zo simpel, maar dan moet je wel even weten hoe dat zit, daarbinnen.

Heb jij ook het idee dat je niet verder komt dan wat oefeningetjes en vage termen? Wil je ook gewoon weten wat je nou eigenlijk doet, zodat je het altijd en bewust kunt doen? Kom dan gratis en vrijblijvend een proefles nemen. Wellicht valt dan ineens het kwartje. Het kan namelijk echt heel simpel!

Mail petrahoning@gmail.com om gelijk een vrijblijvende proefles te regelen! Of kijk even bij de Sint- en kerstaktie voor een leuke aanbieding!

Petra.

De beste basis?

Door Petra Honing.

Discussies over zingen. Ik vlieg er altijd weer vol in. Niet dat ik dat perse wil, maar de passie voor mijn vak is enorm.

Onderwerp van discussie was: ‘ik zing graag pop, maar er is alleen klassiek zangles in de buurt, wat moet ik doen?’

Mijn antwoord is simpel: neem les in de stijl die je wil zingen. Je hebt niks aan klassiek les als je licht wilt zingen. Je moet niet naar de rock-academie als je graag jazz of klassiek wil zingen. Je gaat geen fortuin uitgeven aan lessen, om daarna weer een fortuin kwijt te zijn aan het afleren van alles wat je niet meer uit je systeem krijgt, maar wat je ook niet wil gebruiken.

Je gaat niet naar de bakker voor je vlees. Simpeler kan het niet.

Klassieke mensen hebben in de loop van de jaren hun werkveld enorm zien verkleinen. Het is niet populair. Zeker als je het vergelijkt met musical, pop, jazz, en rock/metal. Geen wonder dat de nieuwere zangmethodes zo’n enorm succes zijn. En heel jammer dat veel van de oude en nieuwere klassiekers niet uit hun bubbel willen stappen. Vooroordeel? Misschien, maar toch wel een die voortkomt uit eigen ervaring met zowel mijn docenten op het conservatorium als collega’s in het zangvak. Ook degenen die ergens mijn docent(e) geweest zijn.

Zingen is ongelofelijk gecompliceerd – en toch ook eigenlijk weer niet. Niemand in Afrika heeft zangles, maar zingen doet iedereen daar. Hoe de strot, stembanden en ademhaling precies werken weten we nog maar heel kort: sinds de scanapparaten en camera’s zo gedetailleerd kunnen registreren dat we daadwerkelijk kunnen zien wat zich daarbinnen afspeelt, gecombineerd met meten wat we precies horen als zich daarbinnen bepaalde dingen afspelen.

CVT – Complete Vocal Technique, een methode waar ik nogal fan van ben, brengt haarscherp in beeld hoe het precies zit. En houdt daarbij een open mind: ze blijven onderzoeken of wat ze als ‘waarheid’ presenteren wel voor iedereen waar is. Als er teveel afwijkt, ofwel: als teveel mensen niet in het geschetste profiel passen, passen ze het profiel aan. Dan verklaren ze niet de mensen ongeschikt.

Dat is heel wat anders dan hoe het daarvoor ging. Men moest gokken. Zo simpel is het. De ouderwetse, klassieke benadering was gebaseerd op giswerk. Men kon simpelweg niks meten en zeker niks zien.

In mijn eerste jaar conservatorium heb ik een fonetogram laten maken. Daarmee werd in decibellen gemeten wat ik op welke toonhoogte kon. Er stond een microfoontje voor me en ik moest per toonhoogte een klank maken die zo hard was als ik kon en een die zo zacht was als ik kon. Daar kwam een prachtig ei-vormig diagram uit. En daar leerde ik dan helemaal niks van.

De drie peilers waarop mijn zanglessen – klassiek – op het conservatorium gebouwd waren, waren ‘losse kaak!’, ‘ademsteun!’ en ‘dictie!’. Ja, met uitroeptekens. Ik had een boekje waarin een aantal van de meest gangbare klassieke liederen stonden beschreven en welke interpretatie je deze mee moest geven. Hele zinnen werden woord voor woord voorgekauwd, wat je erbij moest voelen en hoe het bedoeld was.

Ik heb dat boekje uiteindelijk met aandacht verbrand in mijn vuurkorf.

Er is een bijzondere steeds terugkerende discussie tussen ‘oude’ en ‘nieuwe’ garde. De oude garde zweert bij de klassieke benadering. Dat zijn de mensen die blijven beweren dat klassiek de beste basis is, want gebaseerd op honderden jaren overlevering.

Daarbij mag in deze tijd de voetnoot dat ze in die honderden jaren gewoon niks zeker wisten. De tips die ik hierboven schreef (losse kaak, ademsteun en dictie) werkten voor een boel mensen. Voor een boel mensen ook niet. Die waren dan niet geschikt voor zangles. Echt, ik heb zat leerlingen gehad die op die manier te horen kregen dat ze maar wat anders moesten gaan doen en ze denken allemaal dat het aan hen ligt. Niemand die bedenkt dat de docent misschien niet zo goed onderlegd is.

Ik heb mijn opleiding afgesloten met een pracht van een 8, iets waar ik nog steeds super trots op ben. Zeker nu ik weet dat ik toen echt niks wist. Ik had geen flauw idee wat ik moest doen om wat voor effect te krijgen. Ik deed wat ik dacht dat mijn docente bedoelde, want meer tips dan ‘je moet je kieuwen open zetten’ en ‘je moet je huig optrekken’ waren er gewoon niet.

Toegegeven, er zijn ongetwijfeld betere klassieke docenten. Mijn beste vriendin en collega Nanneke Piek van zangstudio Duende in Tilburg bijvoorbeeld. Ze is net zo’n onderzoeker als ik. Ikzelf heb na mijn studie geen noot meer klassiek gezongen. Ik ben aan de studie gegaan. EVTS, CVT, docenten die hun eigen mix gemaakt hebben. En ik heb ongelofelijk veel zelf uitgevogeld. Mezelf opnemen, corrigeren, opnemen, corrigeren. Tot ik het geluid had wat ik wilde en dat probeerde ik dan in woorden te vatten, om zo mijn leerlingen te helpen.

En ik heb inmiddels mijn eigen mix. In een discussie die een hardnekkig ouderwetse klassieke dame niet aan het winnen was, kreeg ik het verwijt dat ik mijn frustraties niet op mijn leerlingen moest botvieren.

Ik ben het daar niet mee eens. Mijn frustratie over starre, slechte zangdocenten/docentes heeft mij er juist toe gezet me te ontwikkelen. Het heeft een honger naar wel de juiste, toepasbare antwoorden in mij aangewakkerd, waar iedereen die ook maar praat over zang met mij van kan profiteren. En mijn leerlingen helemaal!

Ik weet inmiddels ongelofelijk veel over zingen. Over wat er daarbinnen technisch gebeurt. Hoe het er daarbinnen uitziet bij welke klank die je maakt. Wat je zou kunnen voelen, ervaren, beleven terwijl je zingt. Hoe je je gedachtes kunt sturen. Waar je je X-factor kunt vinden. Waar de magie van het zingen precies zit. En bij wie je aan moet kloppen als je iets wil leren waar mijn hart niet in zit.

Zingen is namelijk behoorlijk gecompliceerd. Behalve als het dat niet meer is.

Dat punt bereik je als je zangles hebt van een docent die op jouw golflengte zit. Die je niet probeert te sturen naar zijn/haar eigen comfortzone. Maar die jouw comfortzone al heeft, zodat je niet alleen de techniek daar kunt leren, maar ook de liefde voor die specifieke manier van stemgebruik en muzikale expressie kunt delen en uitbreiden. Zo ver als jij maar wil.

The sky is the limit, tenzij je een docent hebt die niet verder wil kijken dan het bekende uitzicht.